Archiprix Nederland

BEST DUTCH GRADUATION PROJECTS IN ARCHITECTURE, URBANISM, INTERIOR- AND LANDSCAPE ARCHITECTURE

FOLLOW US ON



...

Winnaars Archiprix 2014


Op 22 juni 2014 maakte juryvoorzitter Floris Alkemade de winnaars van de editie 2014 bekend in het nieuwe stadskantoor van Utrecht.

De jury bestaande uit Floris Alkemade (architectuur), Tom Avermaete (theorie), Riëtte Bosch (stedenbouw), Hans van der Heijden (architectuur) en Saline Verhoeven (landschapsarchitectuur) selecteerde uit 27 inzendingen de volgende plannen voor een prijs:

Gedeelde eerste prijs (in alfabetische volgorde)
The Ems Full Hybrid, Remco van der Togt, Jonas Papenborg, Wageningen Universiteit (landschapsarchitectuur)
Recording and Projecting Architecture, Filippo Maria Doria, TU-Delft (architectuur)

Eervolle vermeldingen (in alfabetische volgorde)
De noodzaak van ruïnes, Claire Laeremans, AvB Amsterdam (landschapsarchitectuur)
Potsdams collectief, Bob L'Herminez, TU-Eindhoven (architectuur)

Algemene opmerkingen van de jury
De oogst levert het beeld op van een zoekende generatie met veel idealisme en een brede onderzoekende blik. Bij de rondgang langs de inzendingen signaleerde de jury algemene trends waarvan hieronder kort verslag wordt gedaan. De jury is gevraagd om vanuit haar positie in de beroepspraktijk te reflecteren op de selectie van de beste afstudeerplannen van het afgelopen onderwijsjaar. Deze notities zijn dan ook vooral bedoeld voor de opleidingen, ze zijn in zekere zin te lezen als kritische opmerkingen met betrekking tot de focus van de opleidingen. Dit commentaar is uiteraard gebaseerd op een selectie van het totaal aan afstudeerplannen, zij het wel de toplaag. In het algemeen lijkt er sprake van een existentiële twijfel over het vakgebied. Blijkbaar zijn er geen duidelijke ‘basisvaardigheden’ meer waarmee men met vertrouwen een opgave aan kan pakken. Wat er uiteindelijk in de beroepspraktijk uit deze verwarring gaat groeien, moet nog blijken. Het is in ieder geval hoopvol dat de situatie tegemoet getreden wordt door een geëngageerde generatie die op een integere wijze een breed scala aan mogelijke oplossingen aandraagt voor actuele opgaven.

Terugkeer idealisme
Een ruime meerderheid van de plannen heeft raakvlakken met maatschappelijke opgaven. Er lijkt sprake van het heruitvinden van het idealisme. Er is geen sprake van cynisme. Sommigen proberen met vormgeving een maatschappelijk probleem op te lossen anderen gaan op een meer fundamentele wijze met de maatschappelijke aspecten om. Vaak wordt de idealistische insteek gekozen vanuit een persoonlijke betrokkenheid. Er is sprake van een groot engagement waarbij de rol van de ontwerper, alsook zijn instrumenten kritisch aan de orde worden gesteld.

Duurzaamheid
Veel plannen hebben betrekking op duurzaamheid. Het thema wordt wel anders gedefinieerd dan voorheen. Het is geen doel meer op zich, het thema is verinnerlijkt.

Traditie
Er lijkt een tendens te zijn om voort te bouwen op bestaande kwaliteiten, een fundamenteel verlangen naar vernieuwing ontbreekt. De ontwerpen zijn in de regel voorzichtig, in ieder geval minder hemelbestormend dan bij vorige generaties. Veel plannen positioneren zich in de bestaande stad en de formele bravoure is op zijn retour. Daarbij wordt soms teruggegrepen op het traditionalisme en in het verlengde daarvan een classicistische vormentaal.

Infrastructuur
In opvallend veel plannen vormt de infrastructuur een belangrijk onderdeel van de opgave. Op verschillende schaalniveaus wordt daarbij de relatie van de infrastructuur met de openbare ruimte beschouwd maar zonder dat daarbij de stedenbouwkundige mogelijkheden worden doorgrond. Door de infrastructuur als een integraal onderdeel van de ontwerpopgave mee te nemen is zowel in kwalitatief als economisch opzicht nog winst te behalen. Dat wordt in verschillende plannen duidelijk, waarbij het voornamelijk gaat om de verkeersinfrastructuur als de hydrologische infrastructuur.

Het afstuderen als meesterproef of ontwerpend onderzoek
Er lijkt zich een tendens voor te doen waarbij de aard van het afstudeerplan verschuift van een 'meesterproef' waarbij de afstudeerder aantoont de uitwerking van een bepaalde opgave tot in de finesses te beheersen naar ontwerpend onderzoek. Deze verschuiving sluit zowel aan bij de academisering van het onderwijs als bij de ontwikkelingen in de beroepspraktijk. Wel lijkt het vakmanschap van het architectonisch ontwerp aan kwaliteit in te boeten onder invloed van deze tendens. De theoretische verantwoording van het ontwerp groeit daarentegen naar een enorm hoog niveau.

Gedeelde eerste prijs
The Ems Full Hybrid, Remco van der Togt, Jonas Papenborg, Wageningen Universiteit (landschapsarchitectuur)
Uit het juryrapport: Met een uitgekiende strategie biedt het afstudeerplan meer dan alleen een integrale oplossing voor de ernstige complexe economische en ecologische problematiek van het Eems estuarium. Het plan presenteert bovendien een overtuigend lange termijn perspectief voor de ontwikkeling van het gebied, gelegen op de grens van Nederland en Duitsland. De aanpak is uitermate professioneel en voor zover mogelijk wetenschappelijk onderbouwd en helder gedocumenteerd. De ontwerpers onderkennen terecht dat er sprake is van een ‘wicked problem’. Er moet rekening gehouden worden met een onzekerheidsmarge omdat de effecten van de voorgestelde ingrepen niet volledig voorspelbaar zijn. De te volgen strategie is daarom wendbaar. Het plan wordt geloofwaardig neergezet waarbij wordt aangetoond dat ontwerpen goed kan samengaan met wetenschappelijk onderzoek. Het ontwerp heeft aansprekende ruimtelijke kwaliteiten en wordt voor alle betrokken partijen inzichtelijk gepresenteerd. Het boeiende verhaal wordt goed uitgelegd en mooi in beeld gebracht. Het plan bestaat uit een serie samenhangende voorstellen die technisch goed worden onderbouwd. De voorgestelde maatregelen zijn erop gericht de processen in het gebied hun werk te laten doen. Het gaat daarbij niet alleen om natuurlijke processen zoals de stroming van de rivier en de getijdewerking maar ook om de waterverplaatsing van de langsvarende cruiseschepen. Het in onbruik geraakte poldersysteem aan weerszijden van de rivier wordt op vernieuwende wijze benut, afgedankte boorplatformen uit de Noordzee krijgen er een nieuwe functie. Het plan levert naast een aantrekkelijk landschap waarin natuur en productie samengaan ook economische kansen, terwijl het kostbare continue uitbaggeren van de vaargeul niet meer nodig is. De ontwerpers doen een overtuigend voorstel en geven daarmee gestalte aan hun ambitie om de vitaliteit van de Eemsregio naar een hoger niveau te tillen. Een plan dat veel inzicht biedt aan een breed publiek, van wetenschappers tot bewoners, van havenbaronnen tot natuurliefhebbers. Een plan dat kan bekoren.

Gedeelde eerste prijs
Recording and Projecting Architecture, Filippo Maria Doria, TU-Delft (architectuur)
Uit het juryrapport: Het volstrekt eigenzinnige plan voor een blindenbibliotheek in het park van de Villa Borghese in Rome is onwaarschijnlijk rijk aan fundamentele architectuur gerelateerde noties. Het bijgevoegde rapport draagt daar in sterke mate aan bij. Zo is er een vooronderzoek gedaan naar de perceptie van architectuur waarbij zowel de link gelegd wordt met de geschiedenis van Rome als met de hedendaagse situatie waarbij ruimtelijke fragmenten opgenomen worden met behulp van een zelfgebouwde mobiele cameras obscura. De representatie van architectuur en de ervaring van ruimte staan zowel in het onderzoek als in het plan centraal. In dit kader is de functie van het ontwerp, een blindenbibliotheek relevant. Een blinde mist de directe visuele ervaring van ruimte. De ruimte is een hypothese, een mentale constructie. Ook een ontwerper ervaart een soortgelijke situatie bij het ontwerpen, hij tekent een ruimte die je niet in werkelijkheid kan zien. Het ontwerp van de bibliotheek sluit aan bij deze observaties. Het is een bouwwerk waarin een letterlijk dynamische route langs lessenaars met informatie leidt. De blinde bezoeker ontwikkelt al lopend een indruk van de ruimte. In al zijn complexiteit en rijkdom is het plan nauwelijks helemaal te doorgronden, hetgeen niet voor alle juryleden een overtuigende eigenschap was. De vele relevante observaties en het volstrekt eigen idioom dat de ontwerper ontwikkelde zijn dermate intrigerend dat de beschouwer zich overvallen voelt door een sterk verlangen om steeds verder door te dringen in het plan dat bij bestudering steeds nieuwe verrassende lagen prijs geeft. Het plan is prachtig gepresenteerd.

Eervolle vermelding
De noodzaak van ruïnes. Een strategie voor het schaduwlandschap van Le Centre, Claire Laeremans, AvB Amsterdam (landschapsarchitectuur)
Uit het juryrapport: Het wonderschone plan presenteert een strategie voor de ontwikkeling van de Borinage in België. Het plan gaat uit van de aanwezige relicten van een industrieel verleden en wordt gedragen door de inzet van de bewoners van het gebied. Toegegeven moet worden dat het een breekbare strategie is, de ontwerpster is zich daar ook goed van bewust. Wellicht is het de enige realistische optie omdat er weinig geld beschikbaar is voor de transformatie van het vergeten landschap in een intrigerend nieuw landschap.
De ontwerpster verbleef geruime tijd in het gebied en ontwikkelde een plan waarbij stapsgewijs een netwerk wordt gecreëerd in het landschap. De verlaten relicten die het startpunt vormen worden toegankelijk gemaakt en verbonden door paden. Kleine functies worden aan het netwerk toegevoegd zoals een Bed and Breakfast of een café. Door middel van kleine ingrepen wordt de schoonheid van een uiterst weerbarstig landschap zichtbaar en toegankelijk gemaakt en wordt een netwerk ontwikkeld waarmee de samenhang geënsceneerd wordt. De rol van de architect wordt hier luidop in vraag gesteld. Het is essentieel om de bewoners die het plan moeten realiseren te inspireren. Daarvoor biedt het prachtige boek met een gebalanceerde gelaagdheid van kaarten, teksten, beelden en plannen in ieder geval een uitstekende aanzet.

Eervolle vermelding
Potsdams collectief, Bob L'Herminez, TU-Eindhoven (architectuur)
Uit het juryrapport: Het doorwrochte plan betreft een uitgebreid onderzoek naar de Potsdamse stadsuitbreidingen en een ontwerp voor een grootschalig wooncomplex in Berlijn dat is gebaseerd op een doorontwikkeling van het Potsdamse model.
Het plan stelt verscheidene relevante actuele aspecten van de stedelijke bouwopgave aan de orde. De kracht van het plan zit vooral in het wetenschappelijk opgebouwde onderzoek naar collectiviteit en de toegevoegde waarde van het collectief voor de stad. Het ontwikkelde theoretisch kader wordt goed begrepen en adequaat toegepast in het ontwerp. Het ontwerp bestaat uit een interessante invulling van de binnenruimte van een groot Berlijns bouwblok. De uitgekiende geleding levert mooie stedelijke ruimten op. Over de kwaliteit van de architectuur zijn de meningen verdeeld, met name voor wat betreft de rigiditeit van de gevels en de aansluiting van de plint op de openbare ruimte. Het plan toont aan dat de stedelijke ruimte kan profiteren van een architect die over een instrumentarium beschikt dat de stad kan maken, zeker in een situatie waar de stedenbouwkundige kwaliteit niet geborgd is.

Publicatie
Archiprix Nederland 2014. De beste Nederlandse afstudeerplannen. The best Dutch graduation projects, red. Henk van der Veen, grafisch ontwerp bitcaves (Femke Herregraven Ninia Støttrup Larsen), nai010publishers, Nl/Eng, p. 112, ISBN 978-94-6208-114-7, € 24.50
 

NIEUWSARCHIEF

2016-11-21